DWARSSTREPEN
Twee stukken teullandt in de Elschot genaamt de Dwarsstrepen in den Bogaart 1782 (RA 135 fol.185); onder Elschodt genaemt de Dwersstreepen 1785 (RA 173 fol.104).
Identiek aan de Dwarsakkers in de vorm van langwerpige percelen.
DWARSWEG
Dwarsweg 1897 (NA) A 510, 554 (b,he;1.25.50), C 1016 ged. (w;-.98.30)
EEGTAKKER
Den Eegtakker 1789 (RA 257 map 3).
Een vormaanduiding. Een perceel dat gerend toeloopt, zoals een eegt of eg.
EEKELHOF
Land den Ekelhoff in Delschot 1400 (BP 1181); een acker aen den Elschot genoempt den Eeckelhoff 1561 (CvB 427); aen den drijfweg genaemt den Eeckelhoff 1710 (RA 148 fol.140); op den Cruyswegh genaemt den Eekelhoff 1710 (RA 98 fol.95v); omtrent de Cruysstraet genoemt den Eeckelhoff 1711 (RA 98 fol.96); den Eekelhoff 1757 (J.W.); den Eekelhof onder Elschot 1816 (GA 141 1091/1119); 1874, 1879, 1966 (C.S.) (NA) A 1122 (b;-.12.25), 1124 (b;-91.20) 1163 (b;-.55.60).
Hof, besloten met eikenbomen of een eikenwal.
EEKHOORN
Eekhoorn Nieuw Erf (RA 183 fol.7).
Gelegen aan het begin van een uitgestrekt bosgebied op de grens met Sint-Oedenrode. Benoemd naar het dier van die naam.
EENDENKOOI
Vuyt sesse loopensaets weylants genoempt d’Endekoye aen de rivier van de Aa ca. 1475 (HC); ses lopensaet. genaemt d'Endekoye aen de riviere van de Aa e.z. de Gemeyn Steeghde 1658 (RRG - 59); vier hont groes hey en wey ondert Wybosch genaemt d' Eyndekoy 1662 (RvS 11); ses karre hoygewas in de Heeswijckersteegde genaemt den Eendekoy e.z. de rivier de Aa a.z. de Steegd 1706 (RA 147 fol.63); ter plaetsche genaemt de Eijndekooij 1773 (RA 167 fol.319v); Eendekooi onder Weibosch 1816 (GA 141 367/4427 - 28); de Eendekooy in Weibosch 1816 (GA 141 1010/4426); Eendenkooi 1858, 1865 E 2 (w;-.90.50), 17-18 (w;1.3.70).
Ter plaatse moet een eendekooi zijn geweest, een van de vele die in vroegere eeuwen bestonden; er zijn er in het Brabantse nog enkele bewaard gebleven zoals bv. in de polders rondom Den Bosch en aan de Maaskant. Een eendenkooi kon alleen functioneren in een open en stil gebied. Het was vroeger ook verboden te bouwen dicht in de buurt van zo’n eendenkooi.
EENDENPOEL
Aan seekere geweesene zoo genaamde Endepoel onder Elschot in de Lariestraet tegenover de erven van voornoemde Cornelis Schenkels, den selven poel rontom omgraven met eene sloot, uytgenomen dat er voir aan den ingangh was gelaate een fack ongegrave, daar men met een kar en paard souwen konnen doorrijden, welke vak met houteren off staken was toegelegt off gevreet; dat den selve poel met ertappelen en bone was beplant, de welke Jan Goyaars van den Acker alhier bekende daarop geseth ende geplant te hebben sonder consent [= goedkeuring] van ymanden, als mede dat het open vack door sijnen soon Marte met staken was toegevreet; item bevonden dat den voors. ingegraven poel voor het grootste gedeelte binnen de taggentigh voeten vande voors. erve lagh 1758 (Prinsen bloc 3 fol.21).
Een poel waar eenden vertoeven.
EENDRACHT
Een parceel houtbosch groot omtrent tien loopense nabij Middelrode genaamt de Eendraght of Molenheijde 1790 (RA 175 fol.144); drie akkeren teulland nevens en aan malkanderen gelegen onder Elschot benevens den dijk naar Middelrode genaemt de Eendragt 1804 (RA 183 fol.7; nieuw erf bij d'Eendracht onder Elschot 1816 (GA 141 50); Eendracht 1836 (NA) A 308-309 (sb,s;-.77.60).
Weilanden, gelegen in een nat gebied met veel sloten. Een plaats waar riet groeit van een Schelde-arm wordt Eendracht genoemd. Een = heen. Het heen wegspitten = de rietzoden afspitten. (Schönfeld - 68).
Het is niet geheel duidelijk waar deze naam naar terugvoert in het Schijndelse. Is het mogelijk een verenigingsnaam ?
EERD(E)
In d’Eerde 1649 (van Oudenhoven); d'Eerde 1757 (JW); huis schuur stal hof genaemd de Eert 1780 (NA 7165/358).
Heeft twee betekenissen: indeling van het winnende land in het drieslagstelsel. (Goossenaerts - 13); aard, vroente, gemeynte = uitgestrekte heide - of broekgrond bestemd voor gemeenschappelijk gebruik Ook moet gedacht worden aan een verwijzing naar het dorp Eerde.
EERDERHAAG
Eikendoofhout aan de kamp Eerderhage 1404 (SS).
EERDERWOUD
In Mersmanshoernic in Eirderwaut 1436 (FS); den camp int Eerderwout ontrent tHeckengat ingenoemen anno 1484 (HC); een stuck heide genaemd het Eerderwaut 1512 (G-I-9); op Eerderwout aant Puthorstken ende rontomme dat ghemeyn Broeck 1544 (RA 43 fol.111)..
Woudachtige streek die zich mogelijk uitstrekte van het kerkdorp Eerde tot aan de huidige Martemanshurk en het element ‘woud’ in de betekenis van begroeiing met loofhout. (De Vries - 847/848). Een sterk beboste hoek van Schijndel.
EERDSE BERGEN
Teulland in de Eerdsche Bergen 1770 (RA 135 fol.16v).
Het stuifzand gebied op de grens Schijndel-Sint Oedenrode.
EERDSEBUNDERS
Den Knokaert onder Schyndel inde Eerdtsche Buenders 1482 (HC); onder het Wijbosch over het Broeck ter plaetsse genoemt die Eerdtsche Buenders ende eenen camp genoemt die Seven Buenders 1608 (RA 86 z.f.).
Een complex hooilanden in bunders verdeeld.
EEUWSEL
Ex bonnario dicto Eeusel 1421 (HH 128); het Eeuwzel onder Weibosch 1816 (GA 141 547d/5).
Achterste EEUWSEL
Achterste Eeuwsel 1877 (NA) (w; ).
Groot EEUWSEL
Het Groot Eeuwzel in Weibosch 1816 (GA 141 1092/13).
Weiland van de geringste hoedanigheid, te vergelijken met een dries. In een enkel geval betekent het ook goede grond. Eeusel > ooi, oorspronkelijk schapenland. (Goossenaerts - 187)
EEUWSELAKKER
Eussenacker 1498 (HH 131).
EGENSWEG
Aen den Eghenswech 1471 (BP 1240); aent Elschot benevens den Egenschewech 1536 (RA 42 fol.49v); aenden Eghenschewech in die Ackeren 1541 (RA 43 fol.29v); aenden Egelschewech 1620 (HH 146); in Elscot aen den Egelsewech of straete 1714 (HH 162).
Eeg = eg. Toch verwijst deze naam naar de 15e-eeuwse familienaam Egens, afgeleid van de voornaam Egon. Door assimilatie kon Egens gemakkelijk overgaan in 'Egels'.
EIGENHUIS
Eigenhuis 1865, 1877, 1897 (NA) A 984, 987 (h,b;-.73.50), E 1742-1747 (w,b,hu,t;1.23.30).
De bewoner heeft ook het eigendom van het huis.
EIJMBERDENAKKERTJE
Een perceel bouwland onder Weibosch in den Hardekamp genaamd Eijmberdenakkertje 1829 (NA 7184/2412).
EIJMBERTSKAMP
Seeeckeren camp hoijlants Emberscamp ontrent het Schijndelsgat 1651 (RA 76 z.f.); uit een stuk beempt genaemt Eijmbertscamp ontrent ’t Heckegat e.z. aent Wybosbroeck 1658 (RRG - 4); een camp hooijlant groot ontrent twee off drie karren hooijgewas aant Veggelsgat genaemt Eijmberscamp 1771 (RA 167 fol.61v).
Kamp benoemd naar eigenaar of bezitter Eymbert, later familie Eijmberts.
Dostları ilə paylaş: |