Woord vooraf
Voorstellen formuleren voor de herwaardering van technische en technologische opleidingen en beroepen: dat was de opdracht die de commissie Een nieuw perspectief voor technische en technologische beroepen en opleidingen begin 2001 kreeg van de Koning Boudewijnstichting, mede onder impuls van de Vlaamse Minister van Onderwijs en Vorming, Marleen Vanderpoorten. De Stichting bracht een aantal sleutelfiguren uit het onderwijs en de sociaal-economische wereld rond de tafel, die deelnamen in persoonlijke naam. In november 2002 bracht de commissie het rapport Accent op talent. Een geïntegreerde visie op leren en werken uit. Dit rapport kreeg een grote weerklank en veel onderwijsactoren herkenden zich in de vernieuwende voorstellen die het rapport formuleerde rond anders kiezen, anders leren en anders sturen. Ook het bedrijfsleven engageerde zich om initiatieven te nemen rond ‘anders werken’.
Begin 2003 vertrouwde de minister van Onderwijs een vervolgopdracht toe aan de Stichting. Bedoeling was de visie en concepten uit Accent op Talent verder uit te werken en ook te vertalen naar beleidsaanbevelingen die zouden voorliggen op de onderhandelingstafel van de volgende Vlaamse regering in juni 2004. Tegelijk kreeg een aantal scholen(groepen), die nu reeds concepten van Accent op Talent in de praktijk brengen, een zogenaamde licentie tot vernieuwing om de innovatie bottom-up op te starten en uit te dragen.
Op het einde van het schooljaar 2002-2003 werden 16 projecten geselecteerd, de zogenaamde voortrekkersscholen. Samen vertegenwoordigen zij meer dan 60 scholen uit alle provincies van Vlaanderen. De meeste, meerjarige projecten kiezen voor een geïntegreerde aanpak door initiatieven te nemen die zowel anders kiezen als anders leren en anders sturen betreffen.
Ter ondersteuning van de projecten stelde de Minister van Onderwijs voor elk voortrekkersproject een deeltijds ambt ter beschikking. En in opdracht van de Koning Boudewijnstichting ontwikkelde het adviesbureau Deloitte diverse begeleidingsinitiatieven: trimestriële netwerkdagen, gemeenschappelijke vormingssessies en individuele begeleiding van de voortrekkersscholen.
In de meeste Europese landen is onderwijsinnovatie aan de orde van de dag. Ook daar krijgt verandering van onderuit veel aandacht en kansen. In het kader van de opdracht ‘Accent op Talent’ werd beslist deze informatie te verzamelen en ze toegankelijk te maken voor de voortrekkersscholen en voor de commissie Accent op talent.
De oogst aan goede praktijken en beleidsinformatie bleek zo interessant en veelzijdig, dat ze ook voor vele andere scholen én onderwijsactoren in Vlaanderen een inspiratiebron zijn. Het is de verdienste van de auteurs, en met name Yves Beernaert en Wouter Van den Berghe, dat ze binnen een relatief beperkt tijdsbestek, dit veelzijdig en toegankelijk resultaat hebben neergezet. De Stichting is hen daar zeer erkentelijk voor.
Dit is wellicht niet de enige verzameling van goede onderwijspraktijk in Europa. Wat deze verzameling bijzonder maakt is haar benadering: de focus van de verkenning lag op onderwijsinnovatie van onderuit en op nieuwe wegen voor talentontwikkeling op schoolniveau. Uiteraard zijn ook de beleidsontwikkelingen terzake mee opgenomen en krijgen meer algemene tendensen die sporen met Accent op talent de nodige aandacht. Daarnaast krijgt de lezer een schat aan contactinformatie en bronnen ter inspiratie en netwerkvorming.
We wensen haar en hem een aangename lectuur en een vruchtbare verkenning toe.
Koning Boudewijnstichting
Mei 2004
Dostları ilə paylaş: |