COMPERSAKKERTJE
Een ackerken teulants gelegen voor de Beemde genaemt Compeersackerke 1707 (RA 147 fol.175v); eenen acker teulands agter de Kerck omtrent 25 roeden genaemt Compersacker 1739 (RA 134 fol.45).
Afleiding van een FN ?
CONVENT VAN DE BASELAARS
Huis aent Elschot genoempt Coenehoffstadt belent o.a. dat convent van de Baesselaers 1536 (CvB).
Hier is het Bossche klooster van de Baselaars of Wilhelmieten bedoeld dat bezittingen had onder Schijndel.
CONVENT VAN DEN UILENBURGSKAMP
Het Convent van den Uijlenborghcamp in de Bacxhoef 1635 (RA 71 fol.44).
Eigendom van het klooster aan de Uilenburg te ’s-Hertogenbosch.
CORNELIS DIRCXLAND
In Cornelis Dircxlant 1582 (Prinsen bloc 10 fol.4).
Afgeleid van een PN.
CORNELIS WIJDEVEN
Bouwland bij Cornelis Wijdeven onder Wijbosch 1910 (HB 1525 fol.16) D 1189-1190.
Dit is een frequent voorkomende manier van localiseren.....aangeven bij of achter wiens erf een bepaald perceel lag.
CREIJSPOT
Hoeve ‘op Creyespot’, vanaf midden 16de eeuw afwisselend ‘op Creyespot en ‘opt Spoel’ 1433; aent Hollenaer e.e. de erfve des H. Geest van sHertogenbossche genoempt het Creyspot 1648 (RA 74 fol.182v); Crespot 1757 (JW); ter culture gebragt zeeker heijveldt genaamt de Kreijspot geleegen binnen de limieten en paalen van Schijndel twelk bij de laatste meetinge in den jaare 1792 is bevonden groot te zijn 50 lop: en 7 roede twelk tans voor een groot gedeelte met graanen is bezaaijt en tot nieuwe erve gemaakt, waarvan den requirant vermeent vrijdom der tiendens te moogen genieten 1797 (RA 180 fol.37); Crespot 1803 (HV); de Kreitspot onder de Borne 1816 (GA 141); een perceel bouw- hooi- of weiland onder den Borne genaamt het Kreitspot N 1822 B 1089-1093 en B 1396-1406; ter plaatse den Engel in het Krijgspot N 1866 B 1168-1169, 1174-1192, 1199-1204 (HB 1339 fol.44a).
Uitgaande van het element ‘kreit’of ‘krijt’dat volgens Lindemans een afgeleide is van ‘krete, een Brabantse umlautsvorm van ‘crate’ of ‘cratte’= afsluiting, gevlochten mat, horde, gaat het om een afgesloten, omheind terrein. Krijtenborg bv. zou volgens de Bont een borcht zijn omgeven door een staketsel van vlechtwerk. Het mnl. crijt staat voor kring, gebied, strijdperk, gerechtsplaats. Creijt zou volgens andere auteurs een samentrekking zijn van ‘cureijt’= parochiepriester of pastoor. Krijten zou ook een synoniem zijn voor kibbelen, het betrokken perceel of perceelscomplex zou dan een omstreden stuk grond geweest kunnen zijn. Het mnl. ‘crey’ betekent het omroepen van iets.Is het dan een ontmoetingspunt voor de buurtbewoners geweest van de dorpen Schijndel en Gestel? Het mnl. ‘creiten’ kan ook opgevat worden als plagen, kwellen, sarren of treiteren. Bekijken we het element ‘spot’dan zijn er diverse betekenissen te geven nl. 1) scherts, grap; 2) spot of bespotting; 3) voorwerp van spot, iets om mee te spotten of iets van weinig waarde. Je vraagt je dan af of Creijspot en alle varianten daarop niet verwijzen naar een omheind stuk grond wat niet zoveel rendement opleverde, waar slechts de kraaien hun voedsel vonden!? (Verdam 1932:312,566; Lindemans 1952:147; de Bont 1969 dl.3:141;Helsen 1944; Buiks 1986 dl.16:71 en 73)
Zie : Kraaienspot
DAAL
Ex Dael in Hulschebrake 1498 (HH 131); aen die Daelen aen die Meyhovel 1500 (PAS 417); 3/4 saetlants ondert Wijbos genaemt het Dael 1662 (RvS - 58).
Laag gelegen bouwland en mogelijk enigszins drassig. (cfr Valkenswaard - 92).
DAGMAAT
Twee karren hoijlants onder Wijbosch in de Beemt genaemt de Dagmaet 1735 (RA 154 fol.72v); de Dagmaat 1755 (RA 155 fol.189); Dagmaat 1893 E 1052 1080 (b,sb;-.39.-).
Stuk grasland, dat in 1 dag gemaaid kan worden. Synoniem van dagmaat = dagwerk. (Schönfeld - 104)
Lange DAGMAAT
In die Hardebeemde die Lange Dachmaet 1577 (RA 54 fol.4).
DAM
Op den Damme van den Wijer 1382 (SS).
Vermoedelijk in de betekenis van een verhoogd voetpad langs een weijer of vijver. Ook bestaat het woord in de betekenis van voorstuk voor dat men het weiland inloopt en de opgehoogde gedeelte tussen de greppels vgl.: het terrein bestaat uit smalle dammen waartussen greppels liggen; de dammen zijn bezet met kaphout van els, wilg en es. (NAA 1930-1960 inv.nr.1164).
DAMENAKKER
Een acker teulants met houtwasch genaemt Daemenacker met een hopackerken daer beneffens opt Oetelaer, 1687 (RA 142-128).
Akker van Daam verkorting van Damianus en ook van Adam (vd Plank - 28). Joris Damen (RA 81, 1666; Peeter Damen, RA 81, 1665).
DAMENKEMPKE
Aent Elschot in die Hautert geheiten Damenkempken 1536 (RA 42 fol.56v).
DAANDEL LUCASSENKAMP
Onder Elschot genaamt Daandel Luycassecamp 1750 (RA 158 fol.13v).
Daandel is een afleiding van Daniël.
DEENMAARSDONK
Deenmaarsdonc 1421 (FS).
Deen is afgeleid van Daniël. Maar of mare is verwant aan de benaming van een natuurlijke waterloop, een meer of waterplas. (van Berkel & Samplonius 1989:18).
DEKENSBEEMD
De beemd des Dekens beemt 1388 (BP 1178); een dagmaat beempt in sDekensbeempt in den Borne 1476 (BP 1245).
"Deken" is de benaming voor een bestuursfunctie van een schuttersgilde. Het Sint-Catharinagilde bestond in 1450. (Cornelissen - 10)
DEKKERSLAND
Int Liessent genaemt den Deckerslant 1723 (RA 151 fol.105v).
Omdat er sprake is van ‘den Decker’ zal de naam verwijzen naar de beroepsnaam van de strodekker, rietdekker of leidekker die in het Lieseind woonachtig was.
DELFTSHUISKE
Op de huysinge gemeynlick genoempt Delfthuysken tussschen het Gewadt ende Brugge 1643 (NvdH 11 fol.170v).
Het huisje van een zekere van Delft of is misschien Assendelft bedoeld onder Middelrode. De Schijndelse gemeynt liep tot aan het Gewad bij het landgoed Seldensate, getuige een serie afgelegd everklaringen in 1643 naar aanleiding van het schutten van vee in dat gebied door de Schijndelse schutter.
DELFTSLAND
Bouw - en weiland genaamd van Delftsland 1903 (NA) B 1661-1663 (b,w;-.71.70).
Dit perceel was in 1832 eigendom van de kinderen van Andries van Delft landbouwer in Schijndel.
Dostları ilə paylaş: |