AARDKELDER
Onder dWijbosch ter plaetse gemeyndelick genoempt de Hulschebraeke e.e. aen den berch genoempt den Erdtkelder streckende aen die gemeijne straet genoempt die Hulschestege 1583 (RA 55 fol.25v).
Is hier een tijdens de Tachtigjarige Oorlog aangelegde schuilkelder mee bedoeld of een of andere onderaardse ruimte voor verdedigingsdoeleinden ?
ABEN TIJSSENKAMP
Een vierde part in eenen heijcamp hoijlants in de Liekendonck genoemt Aben Tijssencamp 1695 (RA 233.3).
Afgeleid van een PN.
ACHTERDIJK
Achterdijk E 2123 ged.
Benoeming naar ligging. Meestal een ondergeschikte straat (dijk) aan een daaraan parallel lopende hoofdstraat.
ACHTERPAD
Een sestersaet lants genoempt den Achterpat in den Born 1574 (RA 53 fol. 63); een stuck lants met eender schure gelegen onder den Baers gemeynlic genoemt den Achterpadt 1621 (RA 385.1); aen den Achterpat 1637 (RA 71 fol.155); twee stuxkens teulants vierdalf lopense teulants onder den Borne genoemt den Achterpat, 1685-1690 (RA 142 fol.137); eenen stucken teulants met sijne gerechtigheyt groot 1 loopense lants onder den Borne genaemt den Achterpat; uyt huys en hof bij den Borne ontrent den Achterpat 1783 (HH 165).
Benoeming naar de ligging.
ADAMMEVELD
Adammeveld E 1877-1883 (b,w,sb;1.38.60).
Naar de eigenaar Nardus Franssen, geboren 1866, die om onverklaarbare reden in de volksmond "Adam" werd genoemd. Hij was hoepelmaker, maar ook een gebedsgenezer en hielp mee bij bevallingen (vm).
Adam van Gerwencamp 1619 (RA 61 fol.179).
Afleiding van een PN.
ADRIAAN JAN GOOSSENSKAMP
Drije stucken teulants aen malcanderen gelegen in Ariaen Jan Goossenscamp in sijne reengenooten aldaer 1680 (RA 230 map 1).
Afgeleid van een PN.
ADRIAAN HERMENSHUIS
Huys esthuys hoff boomgaert ende aengelegen lande in de Quade Straet van outs genoemt Adriaen Hermenshuys 1717 (RA 149 fol.337v).
Afleiding van een PN
ADRIAAN HERMENSKAMP
Eenen acker teullants onder Lutteleijnde over t’Elderbroeck genaemt Ariens Hermenscamp een loopense 1738 (RA 102 fol.121); onder Lutteleijnde overt Broeck genaemt Adriaan Hermenscamp 1755 (RA 106 fol.169v).
ADRIAAN LAMBERTSAKKER
Over het Elderbroeck genaamt Adriaen Lambersacker 1748 (RA 157 fol.88).
Afleiding van een PN
ADRIAAN NASTELMAKERSSTEEG
sCamperscamp aen die Steege genaempt Adriaen Naestelmekerssteegt 1550 (RA 44 fol.87v).
Afleiding van een PN; een nastelmaker is iemand die veters of rijgsnoeren vervaardigt.(Verdam:377).
ADRIAANSHEG
Teulland genaemd Adriaanshegge 1729 (NA 7160/107).
Voornaam Adriaan. Land omgeven door een heg. (Schönfeld:134).
ADRIAAN TEUWENGOED
Vier eckeren teulants ontrent drije loopense genaemt Adriaen Teuwengoet 1710 (RA 193 fol.86v).
Afleiding van een PN.
AGHAAN
Door de Putsteegd neffens ’t Swaanheufken en Eghaan door den Bors, Broeksendijck langst de Meijgraeff door de Bunderstraet tot aan de Putsteegd voorschreven (CvB); land onder Lutteleynde in Swaenen hoeffken gemeynlick genaemt den Naghaen 1678 (CvB 90); eenen acker teulants met sijne gerechtigheyt groot een loopense en 24 roeden gelegen ondert Lutteleynde genaemt den Naghaen, te weten den eerste acker van de straet inkomende, aen d'een sijde de gemeynte, d'ander sijde den tweeden acker 1701 (NA7158/53); drie akkeren teullant aan malkanderen genaemt den Aghaan 1786 (RA 385.1); een perceel bouwland onder den Borne op de Keur genaemd de Nachthaan 1821 (NA7176/1609); Achhaan onder de Borne 1816 (GA 655, 76-2450-51); Aghaan 1861 (NA) C 2523-2524 (b;-.62.50). Bij herleiding blijkt het volgende: C 2523 = C 1803-1806, C 2524 = C 1809, 1811 en 1816.
Het element 'ach' is een vorm van het bijwoord achter (achterzijde) (Verdam-19). De benaming zou kunnen wijzen op een vervorming van het woord "achteraan". Door de volksmond is het woord "aghaan" verworden tot in "ekhaan".
AKKER(S)
Op Delschot aen die (gemeyn) Ackers 1400 (SS); twee stucken ackerlants gelegen aen den Elissenwech op d'Ackere 1674 (NA 4724-71); voor de Bunders op d’Acker aldaer 1711 (RA 98 fol.136); eenen akker teulland genaamd den Akker over de Straat 1806 (RA 137 fol.180); een perceel akkerland onder Borne genaamd de Akkers 1813 (NA 7168/292); akker, 1849, 1865, 1869, 1870, 1873, 1874, 1875, 1876, 1879, 1880, 1882, 1885, 1887, 1888, 1897, 1904 (NA) A 1062 (b;-.32.70), 2228 (b;-.58.30), B 404 (b;-.26.50), 2115-2116 (b;1.3.-), C 564-565 (b;-.34.30), 1098 (b;-.55.70), 1236 (b;-.30.80), 1239-1240 (b;-.37.80), 1384-1385 (w,b,hh,og;1.00.10), 2215 (b;-.43.30), 2496-2493 (b,w;-.38.70), D 230 (b;-.17.10), 231 (b;-.40.40), 248 (b;-.19.90), 964 (b;-.22.10), 970 (b;-.11.90), 1005 (b;-.19.20), 1019 (b;-.23.30), 1043 (b;-.19.60), 1186-1187 (b;-.29.28), E 1074 (b;-.47.20); bouw- en weiland ter plaatse Hongerhoek genaamd den Akker 1904 C 2492-2493 (HB 1394 fol.64a)..
Achterste AKKER
Den Agtersten Acker van tcleijn huysken 1599 (RA 59 fol.156); onder de Broeckstraet ter plaetse in de Weijcamp den Agtersten Acker 1743 (RA 103 fol.219); de Agterste Acker gelegen op het Oetelaer over de straet 1795 ; het Achterst(e) Akkerke onder den Borne 1816 (GA 141 529/4089); Achterste Akker, 1899 (NA) B 2181 (b,w;-.27.-).
Specifieke ligging t.o.v. andere akkers.
Brede AKKER
Eenen acker gemeynlick genoemt den Breeden Ecker opt Oetelaer 1598 (RA 59 fol. 60); in den Bogert gemeenlick genaemt den Brede Acker 1707 (RA 147 fol.162v); twe stucken lants te weten den middelsten oft Breede Acker met den Smallen Acker 1713 (RA 149 fol.134).
Vormaanduiding in tegenstelling tot de smalle akkers
Buitenste AKKER
Den Buytenste Acker naest de Beemde 1643 (RA 73 fol.10).
Specifieke ligging nl. aan de buitenzijde van een akkercomplex of serie akkers.
Dostları ilə paylaş: |