2.6Onderdelen onderwijsprogramma
Het eerste bachelorjaar kent de volgende onderdelen:
-
150001 Inleiding ontologie
|
3 stp.
|
150002 Inleiding logica
|
6 stp.
|
150003 Inleiding epistemologie
|
3 stp.
|
150004 Inleiding sociale en culturele wijsbegeerte
|
6 stp.
|
150005 Inleiding wijsgerige antropologie
|
6stp.
|
150006 Inleiding wetenschapsfilosofie
|
6 stp.
|
150007 Inleiding wijsgerige ethiek
|
6 stp.
|
150008 Inleiding antieke en patristische filosofie
|
6 stp.
|
150009 Inleiding middeleeuwse filosofie
|
6 stp.
|
150010 Inleiding moderne filosofie
|
6 stp.
|
150501 Vaardigheden: argumentatie
|
3 stp.
|
150502 Vaardigheden: wetenschappelijk schrijven
|
3 stp.
|
Totaal
|
60 stp.
|
Aan het einde van het eerste jaar krijgt iedere student, op basis van de door hem/haar behaalde resultaten, een schriftelijk advies van de examencommissie inzake de voortzetting van de studie (zie ook hoofdstuk 1). Dit advies is niet bindend. Studenten krijgen na afronding van alle vakken van het eerste bachelorjaar op verzoek een certificaat.
Tevens is er een voorlichtingsbijeenkomst over de keuzemogelijkheden in jaar 2 en 3. Naar aanleiding van deze bijeenkomst wordt studenten gevraagd het zogenaamde keuzeformulier in te vullen. Dit formulier is ook beschikbaar via de website van de faculteit.
2.6.2Het tweede en derde bachelorjaar
Er zijn onderdelen die door alle studenten gevolgd worden zoals de module Twintigste- eeuwse stromingen en Filosofische vaardigheden. De literatuurstudies en de domeincolleges zijn gekoppeld aan het gekozen (groot- of klein)domein. Het vakwetenschappelijk bijvak, de vrije ruimte en het afsluitende werkstuk is, net als de gekozen domeinen, toegespitst op de interesse van de student. Vanuit de vier domeinen worden, gespreid over twee jaar, doorgaans acht modulen aangeboden met een omvang van elk 6 punten.
-
20e eeuwse stromingen I en II
|
9 stp.
|
4 colleges grootdomein
|
24 stp.
|
3 colleges kleindomein
|
18 stp.
|
Literatuurstudie grootdomein
|
3 stp.
|
Literatuurstudie kleindomein
|
3 stp.
|
Afsluitend werkstuk grootdomein
|
6 stp.
|
Vaardigheden: analyse, evaluatie, recensie
|
3 stp.
|
Vaardigheden: synthese
|
3 stp.
|
Vaardigheden: socratische methode
|
3 stp.
|
Vakwetenschappelijk bijvak
|
30 stp.
|
Vrije ruimte
|
18 stp.
|
Totaal
|
120 stp.
|
Aan het eind van het eerste jaar maakt de student, al dan niet in overleg met de studieadviseur, een keuze uit dit aanbod voor de komende twee jaar.
Het volgende schema dient als spoorboekje bij het samenstellen van het keuzeprogramma:
-
Grootdomein: 33 studiepunten
bestaande uit:
|
|
4 colleges uit een aanbod van 8 colleges in twee jaar
(4 x 6 = 24 studiepunten)
|
waarvan 1 of 2 tekstgericht
|
Literatuurstudie
(3 studiepunten)
|
aansluitend bij één van de colleges, voorbereidend op het afsluitend werkstuk
|
Afsluitend werkstuk
(6 studiepunten)
|
|
|
|
Kleindomein: 21 studiepunten
bestaande uit:
|
|
3 colleges uit een aanbod van 8 colleges in twee jaar
(3 x 6 = 18 studiepunten)
|
waarvan 1 of 2 tekstgericht
|
Literatuurstudie
(3 studiepunten)
|
aansluitend bij één van de colleges
|
|
|
Minor: 30 studiepunten
bestaande uit:
|
|
colleges in een niet-wijsgerig vak naar keuze
(30 studiepunten)
|
waarvan maximaal 10 studiepunten op 1e-jaarsniveau en minimaal 20 studiepunten op verdiepend niveau
|
|
|
Vrije ruimte: 18 studiepunten
bestaande uit:
|
|
3 colleges naar keuze
(3 x 6 = 18 studiepunten)
|
Uitbreiding grootdomein
Uitbreiding kleindomein
Uitbreiding minor
Colleges uit andere domeinen
|
2.6.3Filosofische vaardigheden
In de modules die deel uitmaken van de Filosofische Vaardigheden wordt extra aandacht besteed aan technieken die je nodig hebt om het vak op het vereiste academische niveau te beoefenen. De vaardigheden waarom het gaat, worden in principe bij alle colleges voorondersteld en worden ook op diverse momenten geoefend, maar bij Filosofische Vaardigheden staan ze centraal.
De modules van de Filosofische Vaardigheden betreffen enerzijds academische vaardigheden zoals die in elke discipline een rol spelen, maar anderzijds belichten de modules ook zaken die specifiek zijn voor de filosofie. Wanneer is een argumentatie deugdelijk? Wanneer is er sprake van een drogredenering? Aan die vragen wordt aandacht besteed in de eerste module, Argumentatie. En wat is, bijvoorbeeld, een goede filosofische probleemstelling? Die vraag is het vertrekpunt van de tweede module, Wetenschappelijk Schrijven. Wat komt er kijken bij het lezen van een filosofische tekst? Dat is de hoofdvaag van de derde module, Analyse, Evaluatie Recensie. In de vierde module, Socratische Methode, wordt vervolgens een specifieke methode van gespreksvoering gehanteerd. Het betreft een methode waarmee fundamentele vragen kunnen worden benaderd. Ten slotte wordt in een vijfde module, Synthese, gepoogd om de diverse vaardigheden te laten terugkeren in een samenhangend verband. Daarbij is de inzet om die vaardigheden te betrekken op een actuele discussie.
Coördinator: dr. M.F. Willemsen, kamer 13A-36, mf.willemsen@ph.vu.nl, tel. (020) 59 86676
Dostları ilə paylaş: |