EVERSSTREEP
Onder Elschot genaaamt in Everstreep 1719 (RA 150 fol.142v).
FAAS HENDRIKSVELD
In den Borne opt Oetelaer ter plaetse genaemt Faes Hendricxvelt 1724 (RA 151 fol.178).
Afleiding van een PN..
FAASSEVELD
Ses stukken op het Oetelaer genaemt Faasseveldt groot ontrent anderhalve mergen 1768 (RA 166 fol.109v); een perceel teel - en groesland onder Borne 1 ½ morgen groot genaamd Faasseveld 1810 (RA 302 fol.108v.); 1882, 1885 (NA) C 1254-1256 (b;1.3.10).
PN. Faas voor 1810 afgeleid van of Servatius of Bonifatius.(C 1254-56)
FABRIEK
De Fabriek 1876 (NA) F 179 (b;-.52.90) F 179.
Welk fabriek in of buiten de Rooise Heide kan hier bedoeld zijn ?
FACULTEITSLAND
't Faculteitsland, 1757 (tiendklamp 50)
Was eigendom van de Theologische Faculteit van Leuven die sinds 1545 de grote tienden in eigendom had verworven nadat aan hen het personaatschap van de Servatiusparochie was overgedragen.
FIJNVELD
Feijnveld onder Borne 1816 (G 655 - 453 -3681 - 85).
De naam kan zijn afgeleid van de PN Feyen. Fijn is ook: eindigend, laatste (Verdam - 813); laatste veld. (De Vries). "Fijn" kan echter ook een bepaald soort "hooiveld" zijn, bestaande uit fijn, dun, spichtig ondergras; ondergras is een kleine grassoort, dat in een grote grassoort groeit o.a. bolklaver en steenklaver. (Goossenaerts - 210, 535). Het sterke vermoeden bestaat dat het een verschrijving is van het Tijnveld op de Oetlaar, gebaseerd op een leesfout nl. de verwisseling van de f en de t.
FLEKKERSHOEFKE [ook: Plekkers- en Vlekkershoefke].
Int Hermalen genoempt dat Vleckershoefken 1576 (RA 53 fol.98); opten Bodem van Elde ter plaetsen genoempt Vleckershuefken beneven erffenisse des Convents van den Ca(r)yhuyseren tot Vucht 1612 (RA 66 fol.134); een stuck lants gelegen in Flekkershoofken 1 1/2 hont 1662 (RvS-6.); ondert Lutteleijnde ter plaetse Vlackershoofken 1728 (RA 152 fol.260v); onder het Lutteleynde genaemt het Vleckersheuffken 1734 (RA 101 fol.225v); drie ackeren teulands onder ’t Lutteleynde ter plaatse Vlakkershoefke 1745 (RA 104 fol.18); over het Elderbroeck ter plaetse genaemt Fleckershoeffken 1754 (RA 106 fol.70): Fleekersheufken 1807 (RA 138 fol.82); een perceel bouwland onder Lutteleinde genaamd het Flekkershoefke 1834, 1835, 1838, 1893 (NA) C 988 (b;-.26.10), 963-964 (b;-.57.-), 1000 (b,s;-.25.-), 1014 ged. (b,w;-.58.70).
Hof, afgesloten (perceel) gebied. (Neerpelt - 122/124). In 1757 is dit een door bomenrijen omzoomd gebied, gelegen in het broekgebied De Bodem van Elde. Flekker = fleke, vlecke : "moerassig of modderige plek (Verdam - 606), hetgeen aansluit met de situatie ter plaatse. Het betreft een afgesloten terrein in een van oorsprong gemeenschappelijk weidegebied het Elder Broek, waar schapen werden samengedreven om te overnachten en waardoor natuurlijke bemesting de daarin gelegen gronden zijn ontgonnen. (Schönfeld 135 - 136)
FLORENAKKER
Florenacker in dWybosch 1476 (BP 1245).
Akker van Floor of Floris een PN waarvan zeer veel varianten bekend zijn .
FORSKE
Het schaarhout van een enkel heg en de Vors 1788 (RA 256 map 1); 't Forske of Stelforst (vm) gelegen langs D 1044-1047.
Forske is dialectvorm van varen, i.c. een vaarweggetje, of overpad. Volgens mondelinge overlevering zou het een verbindingspadje zijn tussen de Wijbosscheweg en de Sportparkweg afgeleid van het dialectische ‘vaorwegske’. (mw. Peters van Herpen).
FRANSE PLAK
Franse plak (vm) E 2123 ged. (dk).
Plak = stuk grond; hier zouden in de Franse tijd kanonnen hebben gestaan. Aanvankelijk een verhoging, later uitgegraven leem voor de nabijgelegen steenoven; nu liggen er sloten doorheen. Het perceel werd ook genoemd Franse tafel.
FRANSE TAFEL
Franse tafel (vm) hoek A 577, 578 en A 596/523.
Volgens mondelinge overlevering betreft het een perceel in de Oude Molenheide waar de Franse legers in 1794 gelegerd waren (mw. Peters van Herpen).
FRANS GERITSAKKER
Acker in de Buunder genaemt Frans Geeritsacker 1710 (RA 193 fol.131).
Afleiding van een PN.
FRENS ZEELENHOEKSKE
Een plaxken teulland onder den Borne genaamt Frens Zeelenhoexken 1752 (RA 105 fol.194v).
Afleiding van een PN. Frens van Franciscus of van Laurentius [vgl. Lauvreijnssen, Lauvrenssen) en Zeelen van Marcelis in verkorte vorm Ceel – Seel - Zeel.
GANSSTREEPKE
Land dat Ghansstreepken bij de Kerk 1393 (BP 1179).
Streepje land waar ganzen werden gehouden.
GASTHUIS
Uyt huys hoff hoffstadt ende erfenissen aent Lutteleijnde d’een sijde dat Ghasthuys van Scynle 1536 (RA 42 fol.60v).
Deze omschrijving zou het vermoeden oproepen dat Schijndel zelf in de 16de eeuw een gasthuis gekend heeft. Andere bronnen bevestigen dit tot op heden niet, dus lijkt enige voorzichtigheid geboden bij deze interpretatie!
GASTHUISHOEVE
Van de Gasthuyshoeve met sijn aengelach gelegen ontrent de Schoot groot vier mergen 1662 (RvS - 44); int Hermalen teegen over de Gasthuyshoeff 1748 (RA 157 fol.51v).
Pachthoeve van het Gasthuis uit ‘s-Hertogenbosch in de omgeving van de Schoot gelegen.
GASTHUISKAMP
Des Gasthuyscamp vanden Bossche 1554 (RA 45).
Eigendom van het Bossche gasthuis wat in de hele regio bezittingen had liggen.
GASTHUISLAND
Onder Wijbosch het Gasthuys vanden Bosschelant 1536 (RA 42 fol.60v)..
GAT
Duidt op een depressie in het landschap.
GEBURCHT
Aent Geborgt a.e. de riviere d’Aa 1717 (RA 149 fol.338); eenen camp hoylants over het Broeck ter plaetse aen den Burgt 1741 (RA 103 fol.66); ‘t Geburgtt 1757 (JW); twee campkes hooyland ontrent het Geburgt eenen halven mergen 1764 (RA 164 fol.11); de Camp bij het Geburgt 1793 (RA 259 map 5); 1/4 part in den Laagenbeemt aant Geburght 1797 (RA 180 fol.2v); het Geburgt in Weibosch 1816 (GA 141 27/4372,73); Geburcht 1833, 1888, 1900 (NA) (h,w;-.61.57), E 2259-2260 (w;-.81.40).
'Ge' is een collectief; gelegen midden in de rivier De Aa, op de grens van Dinther en Schijndel; voor beide dorpen moet het een gemeenschappelijke motte geweest zijn (zie onder Aardenburg).
Dostları ilə paylaş: |