Wijsbegeerte



Yüklə 1,34 Mb.
səhifə34/45
tarix17.01.2019
ölçüsü1,34 Mb.
#99879
1   ...   30   31   32   33   34   35   36   37   ...   45




naam

Vaardigheden A

code

150506

docent

dr. J.M. Halsema (kamer 13A-40, tel. (020) 59 86684, e-mail jm.halsema@ph.vu.nl)

studiepunten

3

periode

3

doel

Studenten leren redeneerschema's opstellen en gebruiken, en ook pro- en contra-argumentatieschema's. Verder leren ze deugdelijke van niet deugdelijke redeneringen te onderscheiden, inductieve van deductieve redeneringen, en deductieve geldigheid van logische geldigheid. Studenten kunnen na afloop van het college verschillende redeneervormen benoemen, en drogredenen. Behalve benoemen en herkennen, kunnen ze redeneervormen en drogredenen ook actief gebruiken in een mondeling debat, of in een schriftelijk betoog.

inhoud

Deze vaardighedencursus betreft het argumenteren op actieve en passieve wijze, dat wil zeggen zowel gebruiken van argumentatiestructuren en redeneervormen als ze herkennen in teksten. Aangezien het 'vaardigheden' betreft, worden studenten actief betroffen in het college, en wordt hun gevraagd redeneerschema's te maken en vraagstukken op te lossen. In het college worden verschillende typen redeneervormen onderscheiden, vervolgens moeten studenten zelf argumentatiestructuren opstellen en deze gebruiken in mondelinge oefeningen. Aan de orde komen verder pro- en contra argumentatie, geldigheid van redeneringen en drogredenen. Het accent ligt op schriftelijke argumentatie.

literatuur

De eerste drie hoofdstukken van Argumentatie en formele structuur. Basisboek logica door W.R. de Jong (Amsterdam: Boom, 2005).

toetsing

Het eindcijfer bestaat uit de volgende drie onderdelen: wekelijks in te leveren opdrachten, mondelinge argumentatie (getoetst aan de hand van een Middeleeuws Dispuut) en een schriftelijk tentamen.




naam

Vaardigheden B

code

150507

docent

dr. M.F. Willemsen (kamer 13A-36, tel. (020) 59 86676, e-mail mf.willemsen@ph.vu.nl)

studiepunten

3

periode

6

doel

Kennismaking met de socratische gespreksmethode.

inhoud

De socratische gespreksmethode is bedacht door de Duitse filosoof Leonard Nelson (1882-1927), die zich bij het ontwikkelen ervan baseerde op inzichten van Socrates en Kant. Met behulp van de methode kunnen fundamentele filosofische vragen behandeld worden.

Onderdeel A: inleiding in de socratische gespreksmethode.

Na een inleidend uur, waarin de methode uiteengezet wordt, wordt meteen begonnen met het socratisch gesprek, naar aanleiding van een gezamenlijk vast te stellen vraag (bijv.: Wat is vrijheid? Kunnen mensen elkaar begrijpen? Hoe weten we wat goed is?). Van elke zitting wordt door één of twee deelnemers een verslag geschreven.



Onderdeel B: het leiden van een socratisch gesprek.

Verdiepte kennismaking met de methode, afgewisseld door oefeningen in het leiden van een socratisch gesprek. Kritische evaluatie van de methode: wat zijn de mogelijkheden, wat zijn de grenzen van deze wijze van omgaan met een filosofische vraag?



literatuur

Werkboek Filosofische vaardigheden.

toetsing

Aanwezigheidsplicht, actieve deelname, verslaglegging.




naam

20e eeuwse stromingen I

code

150701

docent

drs. A. Tol (kamer 13A-34, tel. (020) 59 86688, e-mail a.tol@ph.vu.nl)

studiepunten

6

periode

2

doel

De cursus heeft een meerledige doelstelling:

  • Kennis van belangrijke hoofdstromingen in de filosofie van de 20e eeuw, zoals, fenomenologie, existentie-filosofie, hermeneutische filosofie, analytische filosofie, neo-marxisme, levensfilosofie, structuralisme en post-structuralistische ontwikkelingen;

  • Inzicht in de aard van het modernisme, met name de rationalisering van de gebieden van wetenschap, maatschappij en kunst als realisering van vooruitgang;

  • Een onderzoekende houding ten aanzien van de diversiteit van denken in de 20e eeuw, ook in relatie tot systematische thema's.

inhoud

Het filosofisch denken van de 20e eeuw staat in het teken van de ontwikkeling van het modernisme, d.w.z. de latere fase van het moderne denken vanaf de tweede helft van de negentiende eeuw, waarin getracht wordt vooruitgang in de behartiging van de moderne belangen van wetenschap, maatschappij en kunst praktisch te bevorderen door hun ontwikkeling doelbewust rationeel te begeleiden. De filosofie is hierdoor zelf veelal gedecentreerd geraakt in onderling uitsluitende opvattingen van 'filosofie als strenge wetenschap', 'filosofie als maatschappelijk engagement' en 'filosofie als bestaans- of zin-interpretatie'. Doordat een 20e eeuwse stroming zich doorgaans vanuit één van deze opvattingen opstelt, is de keerzijde van hun eenzijdigheid een intensieve confrontatie met de basis-problemen van het belangengebied dat de stroming voorstaat, zoals het doorlichten en funderen van wetenschappelijke kennisverwerving, het organiseren en normeren van maatschappelijke verandering, en het interpreteren en authentiseren van identiteitsbepalende creatieve processen van kunst en cultuur. Bij deze praktische begeleiding van vooruitgang worden moderne methoden van denken, zoals realistisch analytisch denken, transcendentaal denken en dialectisch denken, meer als technieken of procedurele of strategische vormen gebruikt, dan als structureringskaders van einddoelen. Het zgn. postmodernisme onderwerpt vanaf het midden van de jaren zeventig van de vorige eeuw het modernistische eenheidsideaal van de vooruitgang, en de onderstellingen ervan, zoals de eenduidigheid van rationaliteit, waarheid, subjectiviteit, identiteit, cultuur, enz., aan een kritische discussie.

literatuur

Verplichte literatuur:

  • Supplement van teksten van denkers van de 20e eeuw (in de leeszaal, 13e verdieping).

  • A. Tol, Syllabus over stromingen in de 20e eeuw en de thematiek van rationalisme en moderniteit (digitaal beschikbaar op Blackboard).

Aanbevolen literatuur:

  • De Verbeelding van het Denken. Geïllustreerde geschiedenis van de westerse en oosterse filosofie, red. J. Bor e.a. Amsterdam/Antwerpen: Contact, 1995 (of latere druk), vanaf p.315.

toetsing

schriftelijk tentamen




naam

20e eeuwse stromingen II

code

150702

docent

drs. A. Tol (kamer 13A-34, tel. (020) 59 86688, e-mail a.tol@ph.vu.nl)

studiepunten

3

periode

3

toetsing

schriftelijk tentamen

opmerkingen

Voor meer informatie zie module 150701. Modulen 150701 en 150702 vormen een lintmodule.




naam

College, Domein I: Aan de oorsprong van de analytische filosofie I: de metafysica van Bernard Bolzano, de Anti-Kant

code

151106

docent

dr. A. Betti (kamer 13A-35, tel. (020) 59 86681, e-mail a.betti@ph.vu.nl)

studiepunten

6

periode

4

doel

Kritische kennis van de metafysische opvattingen van Bernard Bolzano en begrippen uit zijn semantiek, logica, taalfilosofie en kennisleer; inzicht in een aantal fundamentele ontologische begrippen. In het bijzonder is het doel van deze cursus dat je na afloop:

  • fundamentele begrippen uit de metafysica, semantiek, logica, taalfilosofie en kennisleer van Bolzano zoals propositie-in-zichzelf en idee-in-zichzelf, waarheid-in-zichzelf, objectualiteit, Abfolge, variatie, eigenschap, oordeel kent, kunt bespreken en op een samenhangende manier in relatie tot elkaar kunt brengen;

  • in staat bent om de fundamentele veronderstellingen te noemen en te bespreken die de aanvaarding van zulke begrippen met zich meebrengt;

  • onafhankelijk van Bolzano's denken, vertrouwd bent met begrippen zoals substantie, propositie, troop, instantiatie, waarheidsdrager, logisch gevolg, geheel;

  • je bewust bent van de relevantie van een aantal van Bolzano's ideeën voor de hedendaagse discussie, en in globale zin van de historische invloed van zijn denken.

inhoud

'De Boheemse Leibniz',  de 'Anti-Kant': zo is de Praagse filosofie, logicus, wiskundige, theoloog, politieke theoreticus Bernard Bolzano (1871-1848) ook bekend. De laatste tijd is de belangstelling voor deze filosoof fors toegenomen. Dit heeft niet alleen te maken met de intrinsieke, buitengewoon interessante aspecten van zijn opvattingen, maar ook met het feit dat menigeen nu Bolzano eerder dan Frege als de vader van de analytische filosofie beschouwt. Bolzano heeft een diepe, maar hoofdzakelijk indirecte invloed gehad in de geschiedenis van de filosofie, en we staan nog slechts aan het begin van een reconstructie van deze invloed.
In deze cursus zullen we de metafysica van Bolzano leren kennen. Bolzano's metafysica is de beste ingang tot een grondige kennis van zijn denken en zijn manier van filosoferen. Daarom staan de metafysische ideeën van Bolzano in deze cursus centraal.

werkwijze

Activerend hoorcollege met actief gebruik van Blackboard. Je deelname aan het college is actief: je bereidt je op de colleges voor door het grondig lezen van teksten, neemt deel aan discussies en je houdt Blackboard bij. Grondig lezen betekent bijvoorbeeld: toepassen van wat je bij het vak Vaardigheden: analyse, recensie, evaluatie leert.

literatuur

Reader bestaande uit een selectie van Bolzano's Wissenschatfslehre. De teksten worden in het Duits besproken. Het gaat om mooie, zeer heldere en opmerkelijk makkelijk te lezen taal. Een voorbeeld ervan is via Blackboard beschikbaar.

toetsing

Schriftelijk tentamen over de verplichte literatuur en de collegestof, dat wil zeggen de verplichte teksten, wat tijdens het college wordt behandeld en besproken naar aanleiding van die teksten en diverse opdrachten die in de loop van de collegereeks worden verstrekt.

voorkennis

  • 150503 Vaardigheden: analyse, evaluatie, recensie;

  • 150502 Vaardigheden: wetenschappelijk schrijven;

  • 150501 Vaardigheden: argumentatie;

  • 150001 Inleiding ontologie;

  • 150002 Inleiding logica (mocht je één of meer van deze onderdelen niet gevolgd hebben, neem dan voor aanvang van de cursus contact op met de docent);

  • Gewenst, maar niet verplicht: de domeincolleges Ontologie van waarheid (151605, studiejaar 2005-2006, dr. A. Betti) en vooral Metafysica (151406, studiejaar 2006-2007, dr. A. Betti).

opmerkingen

Deze cursus vormt een eenheid met de module 151107 Aan de oorsprong van de analytische filosofie II: Voorstelling, oordeel en intentionaliteit in de school van Franz Brentano die in het jaar 2007-2008 wordt aangeboden. Je bent niet verplicht om dit college te volgen om daaraan te kunnen deelnemen. Omdat Bolzano echter invloed heeft gehad op de denkers die wij in dat college zullen behandelen, zul je er het meest van profiteren als je dit college over Bolzano hebt gevolgd. In overleg met de docent kan aansluitend een literatuurstudie worden opgesteld.




naam

College, domein I: Aan de oorsprong v/d analytische filosofie II: voorstelling, oordeel en intentionaliteit in de school van Franz Brentano

code

151107

docent

dr. A. Betti (kamer 13A-35, tel. (020) 59 86681, e-mail a.betti@ph.vu.nl)

studiepunten

6

periode

Dit college wordt in studiejaar 2007-2008 gegeven.

doel

Kennis van de intentionaliteitstheorie van Brentano en Twardowski en gerelateerde kentheoretische begrippen. In het bijzonder is het doel van dit college dat je na afloop:

  • fundamentele begrippen uit door Brentano geïnspireerde intentionaliteitstheorieën zoals oordeel, voorstelling, mentale act, inhoud en object kent, kunt bespreken en op een samenhangende manier in relatie tot elkaar kunt brengen;

  • in staat bent om de fundamentele veronderstellingen te noemen en te bespreken die de aanvaarding van zulke begrippen met zich meebrengt;

  • je bewust bent van de relevantie van een aantal ideën van Brentano en zijn school voor de hedendaagse discussie.

inhoud

Begrippen zoals oordeel, voorstelling en intentionaliteit staan heden ten dage centraal in de analytische epistemologie, de filosofie van de geest, de (cognitieve) filosofie van emoties en van functie. De manier waarop men nu met deze begrippen in de analytische filosofie omgaat, heeft zijn oorsprong in de zogenoemde Oostenrijkse filosofie, in het bijzonder in de oordeelstheorie van Franz Brentano (1838-1917) en die van zijn leerlingen in Wenen, vooral Alexius Meinong (1853-1920), Edmund Husserl (1859-1938) en Kazimierz Twardowski (1866-1938). Brentano combineerde een analyse van bewustzijn vanuit ik-perspectief met een strenge wetenschappelijke aanpak en stijl in het bedrijven van de filosofie. Deze twee aspecten ontwikkelden zich later tot twee filosofische tradities: de fenomenologische beweging en de traditie van analytische filosofie, zodat de Oostenrijkse traditie, in feite, het begin markeert van de splitsing tussen de analytische en de zogenoemde 'continentale' filosofie (grofweg Russell, Tarski en Quine versus Heidegger, Derrida en Foucault).
In deze cursus zullen we de grondslagen van Brentano's intentionaliteitstheorie bespreken en de modificaties die door zijn leerlingen in die theorie worden aangebracht, met bijzondere aandacht voor Twardowski's ideeën. In een poging om Brentano's theorie te beschermen tegen kritiek, herintroduceerde Twardowski het onderscheid tussen inhoud en object van een mentale act, dat hij direct aan Bernard Bolzano's Wissenschaftslehre ontleende. Deze aanpassing was cruciaal, en heeft enorme invloed gehad op de latere theorieën van Meinong en Husserl.

werkwijze

Activerend hoorcollege met actief gebruik van Blackboard. Je deelname aan het college is actief: je bereidt je op de colleges voor door het grondig lezen van teksten, neemt deel aan discussies en je houdt Blackboard bij. Grondig lezen betekent bijvoorbeeld: toepassen van wat je bij het vak Vaardigheden: analyse, evaluatie, recensie leert.

literatuur

Kazimierz Twardowski, Zur Lehre vom Inhalt und Gegenstand der Vorstellungen, Wien, Hölder, 1894, en reader bestaande uit een selectie van teksten van Brentano, Husserl en Meinong. De teksten worden in het Duits besproken. Het gaat grotendeels om heldere taal. Waar nodig zullen we ter ondersteuning naast de oorspronkelijke teksten ook Engelse vertalingen gebruiken.

toetsing

Schriftelijk tentamen over de verplichte literatuur en de collegestof, d.w.z. de verplichte teksten, wat tijdens het college wordt behandeld en besproken naar aanleiding van die teksten, en diverse opdrachten die in de loop van de collegereeks zijn verstrekt.

voorkennis

  1. 150503 Vaardigheden: analyse, evaluatie, recensie; 150502 Vaardigheden: wetenschappelijk schrijven; 150501 Vaardigheden: argumentatie; 150001 Inleiding ontologie; (mocht je één of meer van deze onderdelen niet gevolgd hebben, neem dan voor aanvang van de cursus contact op met de docent);

  2. Gewenst, maar niet verplicht: het domeincollege Aan de oorsprong van de analytische filosofie I: de metafysica van Bernard Bolzano, de Anti-Kant (151106, studiejaar 2006-2007, dr. A. Betti) en Inleiding epistemologie (150003).

opmerkingen

In overleg met de docent kan aansluitend een literatuurstudie worden opgesteld.



naam

College, Domein I: De rede als bron van kennis: apriorische kennis

code

151206

docent

prof.dr. R. van Woudenberg (kamer 13A-36, tel. (020) 59 86676, e-mail r.van_woudenberg@ph.vu.nl)

studiepunten

6

periode

5

doel

De student leert dat er zeer diverse interpretaties worden gegeven van wat 'apriorische kennis' wordt genoemd, dat wil zeggen van kennis die in een specifieke zin verworven wordt 'onafhankelijk van de ervaring'. De student leert de verschillende posities te onderscheiden, de argumenten pro en contra weer te geven en hij leert ze te zien tegen verschillende intellectuele achtergronden. Bovendien leert de student zich een eigen oordeel te vormen over de waarde van apriorische kennis, over de rol die het speelt in ons cognitieve leven, en over de kracht en zwaktes van de argumenten die voor de verschillende posities zijn gegeven.

inhoud

Behandeld worden zowel de traditionele benadering van apriorische kennis volgens welk zulke kennis het resultaat is van rationeel inzicht in noodzakelijke waarheden, als de meer recente theorie volgens welke zulke kennis het resultaat is van linguistische conventies. Ook wordt een naturalistische benadering van apriori kennis besproken.

literatuur

In het college komen teksten aan de orde van Kant, C.I. Lewis, Plantinga, Quine, Kornblith. Als handboek wordt gebruikt Laurence BonJour, In defence of pure reason (Cambridge University Press, 1998).

toetsing

Twee papers van ongeveer 2000 woorden en een take-home tentamen. Het tentamen bepaalt de helft van het eindcijfer.

voorkennis

150003 Inleiding Epistemologie, 150006 Inleiding Wetenschapsfilosofie, 150002 Inleiding Logica.




naam

College, domein I: Geloof en wil

code

151207

docent

prof.dr. R. van Woudenberg (kamer 13A-36, tel. (020) 59 86676, e-mail r.van_woudenberg@ph.vu.nl)

studiepunten

6

periode

Dit college wordt gegeven in studiejaar 2007-2008.

doel

De student maakt kennis met de problematiek van geloof en de wil en bestudeert relevante en invloedrijke teksten dienaangaande. De student dient aan het einde van dit college de belangrijkste posities in dit debat te kunnen weergeven, en de belangrijkste argumenten pro en contra te kunnen weergeven en bespreken.

inhoud

Het vertrekpunt van dit college is de 'doxastische paradox', dat wil zeggen het probleem dat de volgende stellingen op het eerste gezicht plausibel lijken, maar gezamenlijk onverenigbaar.

  1. Mensen zijn verantwoordelijk voor hetgeen ze geloven;

  2. Men kan pas verantwoordelijk zijn voor X wanneer men een keuze heeft ten aanzien van X;

  3. We kunnen niet kiezen wat we zullen geloven.

Aan de orde komen o.a. teksten van Locke, Reid, Clifford, James, Van Fraassen, Alston en Ginet; maar ook enkele inzichten van psychologische studies naar het verschijnselijk 'wishful thinking'.

toetsing

Twee papers en een take-hometentamen. Het tentamen bepaalt de helft van het eindcijfer.

voorkennis

Inleiding Kentheorie.

Yüklə 1,34 Mb.

Dostları ilə paylaş:
1   ...   30   31   32   33   34   35   36   37   ...   45




Verilənlər bazası müəlliflik hüququ ilə müdafiə olunur ©muhaz.org 2024
rəhbərliyinə müraciət

gir | qeydiyyatdan keç
    Ana səhifə


yükləyin