Volgens Willem de Koster fungeert het forum RefoAnders.nl voor christelijke homoseksuelen als een toevluchtsoord voor de leden die zich gestigmatiseerd voelen in hun dagelijkse offline leven. In de reformatorische omgeving waarin ze verkeren, wordt homoseksualiteit veelal als een zonde beschouwd. Veel leden zijn daarom in hun offline leven nooit uit de kast gekomen. “Because of their offline isolation, they seek understanding from people living under comparable circumstances” (De Koster, 2010, p. 563). Ze hebben zich tot internet gekeerd op zoek naar emotionele ondersteuning bij hun worstelingen met de combinatie geloof, het dagelijks leven en hun geaardheid. “A desire to be among similar others who provide support and understanding permeates their accounts of their reasons for joining the forum” (De Koster, 2010, p. 564).
De Koster liet samen met socioloog Dick Houtman ook zien dat eenzelfde sociale functie opgaat voor de leden van het rechts-extremistische Stormfront.org. De gebruikers van dit forum voelen zich in hoge mate buiten de maatschappij staan, beschouwen zichzelf zelfs als opgejaagd vanwege hun ideeën. Het forum fungeert als hun schuilplaats, daar waar ze zichzelf kunnen zijn. Eén van de leden laat optekenen: “Stormfront is like a second home to me”. De Koster en Houtman schrijven: “Because members largely share each other’s views, they can express themselves freely, and generally feel accepted by the others” (De Koster & Houtman, 2008, p. 1166). Internet is binnen deze theorie een veilige haven in een als vijandig beschouwde maatschappij. “Many members who experience stigmatization have not only turned away from society at large, they also believe that little can be done to change the world according to their ideology” (De Koster & Houtman, 2008, p. 1165).
Deze onderzoeken van De Koster en Houtman suggereren dat er een empirische grond is voor de anekdotische koppeling tussen gestigmatiseerde identiteiten en internet. Maar de auteurs pleiten ook voor meer onderzoek, om de link tussen online en offline en de koppeling met stigmatisatie uit te diepen. “Our findings indicate that it can be fruitful to employ an interpretative approach to find out whether and for what reasons a particular forum has importance as a community for certain people” (De Koster & Houtman, 2008, p. 1171). Het onderzoek op RefoAnders toonde namelijk ook aan dat een forum verschillende functies kan herbergen voor haar leden. Naast toevluchtsoord, fungeert dit digitale ontmoetingspunt ook als een springplank voor een groep leden die – ondanks de moeilijkheden die het oplevert om in een christelijke omgeving homoseksueel te zijn – geen stigmatisatie en sociale isolatie ervaart. Ze hebben – in de termen van DiMaggio – de ongewone identiteit, de potentie van stigma, maar ervaren dit niet als een last. Wat belangrijk blijkt te zijn voor de sociale betekenis die ze toekennen aan hun forumparticipatie. Voor hen is RefoAnders een plaats om praktische worstelingen in verband met hun geaardheid en het geloof met elkaar te bespreken. De link tussen ongebruikelijke identiteiten en het digitale lijkt dus complexer te zijn dan een simpele één op één-relatie tussen stigma en internet.
De Koster en Houtman concluderen in het slot van hun Stormfront-onderzoek dat de houding van de samenleving jegens een bepaalde groep van invloed kan zijn op de drang om online gelijkgezinden te vinden. In landen met meer tolerantie richting rechts-extreme ideeën, schrijven ze, is waarschijnlijk minder noodzaak tot een virtueel toevluchtsoord voor de individuen met deze ideeën, omdat er geen of minder sprake is van marginalisatie (De Koster & Houtman, 2008, p. 1172). In dat licht suggereren ze als potentiële doelgroep voor vervolgonderzoek te kijken hoe het is gesteld met de forumparticipatie van moslims onder druk van afnemende tolerantie jegens dit geloof in westerse landen. Moedigt dit ook het zoeken naar een toevluchtsoord op internet aan? “Whereas Stormfront is obviously an extreme case, future research addressing questions such as these will have to decide whether the mechanism of virtual community formation uncovered here has broader significance” (De Koster & Houtman, 2008, p. 1172).
De Koster en Houtman benadrukken dat ze met Stormfront.org een extreme case hebben gepakt. Ook reformatorische homoseksuelen is niet de meest alledaagse doelgroep. Zoals de auteurs aangeven, is er meer onderzoek nodig bij meer prominent in de samenleving aanwezige groepen. Hun suggestie om moslims als onderzoeksgroep te nemen, is interessant. In Nederland valt namelijk vooral de grootscheepse participatie van Marokkaanse jongeren online op. Meer dan Nederlandse en Vlaamse jongeren zijn Marokkaanse en Turkse jongeren actief in nieuwsgroepen en gebruiken ze het web om informatie over de Islam en het land van herkomst op te zoeken (D'Haenens, Van Summeren, & Saeys, 2003, p. 213). Marokkaanse jongeren zijn ook meer met hun geloof bezig dan hun Turkse leeftijdsgenootjes, blijkt ook uit onderzoek naar het internetgebruik van niet-westerse allochtonen. “Zij zoeken via het internet dan ook vaker naar informatie over godsdienst en hun interesse voor religie wordt belangrijker naarmate ze ouder worden (2003, p. 204). Hoewel de tijd die Marokkaanse jongeren online doorbrengen achterblijft bij autochtone jongeren en ook hun Turkse leeftijdsgenootjes (2003, p. 213), springt het aantal internetfora dat op hen gericht is, in het oog. Volgens Linders en Goossens zijn er beduidend meer op Marokkaanse jongeren gerichte fora te vinden dan Turkse internetfora (2004, p. 136). En opvallend genoeg zijn er in de literatuur diverse verwijzingen te vinden die deze opvallende forumparticipatie koppelen aan de offline stigmatisatie.
Deze scriptie vraagt zich af of deze forumparticipatie van Marokkaanse jongeren inderdaad begrepen kan worden uit stigmatisatie in de offline samenleving, zoals dikwijls wordt gesuggereerd. In het volgende hoofdstuk ga ik in op de veelal impliciete verbanden in die in de literatuur gelegd worden tussen het forumgebruik van Marokkaanse jongeren en de beeldvorming in de media.
Dostları ilə paylaş: |